zondag 26 oktober 2014

Slalom des Doods

Amsterdam en fietsers.
Of eigenlijk. Amsterdam en verkeer.

Ik woon nu ruim een jaar in Amsterdam, en één ding blijft me verbazen: de hoeveelheid mensen die dagelijks zijn leven op het spel zet om net ietsjepietjes sneller daar aan te komen waarnaar hij onderweg is.

De kleur oranje betekent helemaal niets in Amsterdam. Ik zie mensen niet remmen, ik zie mensen niet bedenken dat het zo rood wordt. Ik zie helemaal geen verschil. De kleur oranje is niet het wordt bijna rood. Oranje is gewoon het verlengstuk van groen. En de eerste tien seconden van rood, zijn eigenlijk ook nog een verlengstuk van groen.

O, mensen. Als ik sta te wachten voor een rood stoplicht komen jullie me zo vaak voorbij fietsen. Gaan als jagers op het kruispunt af, fietsen zo langzaam dat je niet hoeft af te stappen, en sjezen dan opeens in hoog tempo door het verkeer heen. Ik hoor auto's toeteren en mensen schelden, maar jullie overleven het keer op keer - goddank.

O, mensen. Als ik langzamer ga fietsen omdat het oranje is, halen jullie mij zo vaak nog snel even in. Rijden door rood, zo hard als jullie kunnen. De fietsers aan de overkant, die net groen hebben gekregen, stoppen nog net op tijd. Een scooter sjeest scheldend om jullie heen. Een auto toetert en een vrouw met een kinderwagen trekt zich snel terug van het zebrapad. Ze had toch echt groen, maar jullie hadden haast?

O, mensen. Als ik op het fietspad fiets, dan zie ik jullie niet achterom kijken. Je haalt zomaar iemand in, en wordt boos op de gene die jou aan het inhalen was, die persoon waar je nu tegen aan gebotst bent.

Ik woon nu ruim een jaar in Amsterdam, en één ding zal waarschijnlijk nooit veranderen. De hoeveelheid mensen die dagelijks zijn leven op het spel zet om net ietsjepietjes sneller daar aan te komen waarnaar hij onderweg is.
En hoewel het mij soms doodsangsten aanjaagt, heeft het ook weer zo zijn charme. Want hoewel iedereen als een kip zonder kop rond rent - fiets, Letten Amsterdammers gelukkig ook verdomd op!

maandag 6 oktober 2014

Vrije meningsuiting

Ik kan me niet voorstellen hoe het is om te leven zonder vrije meningsuiting. Waar je 1000 zweepslagen krijgt voor het schrijven van een blog of waar je achter de tralies belandt als je iets zegt wat 'tegen' de staat is.
Hier mag ik dat wel. Ik mag blogs schrijven over wat ik belangrijk vind. Ik mag zeggen dat ik Geert Wilders te ver vind gaan en ik mag vinden (en zeggen) dat ik het overdreven vind dat Prinses Beatrix en Koning Willem-Alexander loonsverhoging krijgen.
Dat komt omdat ik in Nederland ben geboren en hier momenteel woon. Ik mag zeggen wat ik denk, ik mag dit ook opschrijven en dit heb ik mijn hele leven al mogen doen.

Er zijn landen waar dat niet mag. Waar mensen worden geslagen, gemarteld en achter de tralies worden gezet omdat ze dat doen.
In het boek dat ik laatst las, 1984 voor George Orwell, mochten mensen niet eens denken dat ze tegen de staat waren. Een belachelijk eng idee, maar waar het soms wel op begint te lijken in sommige landen. Als de staat denkt dat iemand tegen de staat is, word je soms al opgepakt.

1000 zweepslagen in Saudi-Arabië.
Demonstranten in Hong Kong die worden opgepakt.
Er zijn landen waar je niet je eigen geaardheid mag uiten.
Er zijn landen waarbij Social media worden gecensureerd.
Demonstranten in Hong Kong die worden bespoten met traangas.
In Rusland mogen mensen slechts demonstraties houden met één persoon.
In landen als Turkije worden journalisten ontslagen als ze niet schrijven, wat van hen verwacht wordt.
In sommige landen mogen vrouwen niet rijden, hun mening uiten of überhaupt een eigen keuze maken.

Wij als mens horen het recht te hebben om het oneens te zijn met elkaar, met de regering van het land waarin wij wonen en regeringen van landen waar wij niet wonen. Wij als mensen horen het recht op vrije meningsuiting te hebben. Toch mist dat op heel veel plekken.

Ik kan me niet voorstellen hoe het is om te leven zonder dat recht. Hoe ik al mijn gedachtes binnen zou moeten houden en niet zou kunnen schrijven over dat waarover ik wil schrijven. Waar ik op elk moment bang ben dat ik  in elkaar geslagen word, omdat ik iets verkeerds zeg.
Waar ik niet met popcorn in mijn hand Facebook- en Twitterberichtjes kan lezen, zodra er een nieuw wetsvoorstel o.i.d. is of Wilders weer een uitspraak doet. Waar geen on- of offline discussie mogelijk is. 

En toch is dit recht niet zo normaal als ik soms denk dat het is. Want er zijn belachelijk veel plaatsen waar je geen recht op vrije meningsuiting hebt (of waar daar niet naar gehandeld wordt).